Blog Layout

Raad van State kritisch over nieuwe wetsvoorstellen

December 19, 2024

In november heeft de Raad van State advies uitgebracht over twee belangrijke wetsvoorstellen: de Wet Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (VBAR) en de Wet Meer zekerheid flexkrachten. Beide voorstellen maken deel uit van het arbeidsmarktpakket van de regering, dat gericht is op meer zekerheid voor werkenden en meer flexibiliteit voor bedrijven. 

 

Wat houden de wetsvoorstellen in? 

De Wet VBAR beoogt de definitie van de arbeidsovereenkomst te verduidelijken en introduceert een rechtsvermoeden van arbeidsovereenkomst bij een uurtarief van minder dan € 33. Dit betekent dat bij een lager tarief wordt aangenomen dat iemand werkt op basis van een arbeidsovereenkomst, tenzij het tegendeel bewezen wordt. Dit kan dus impact hebben op zzp'ers die via jouw organisatie werken. 

 

De Wet Meer zekerheid flexkrachten richt zich op het verbeteren van de werk- en inkomenszekerheid voor flexwerkers. Dit omvat maatregelen zoals het beperken van oproepcontracten en het invoeren van basiscontracten met een minimum aantal uren. Het doel is om het verschil tussen flexibele en vaste arbeid te verkleinen. 

 

Kritiek van de Raad van State 

De Raad van State (RvS) is kritisch over beide voorstellen. Volgens de Raad bieden de maatregelen geen fundamentele oplossing voor de problemen op de arbeidsmarkt en zullen ze slechts beperkte effecten hebben. Vooral de verduidelijking van het gezagscriterium wordt gezien als vastlegging van bestaande jurisprudentie, wat weinig verandering teweeg zal brengen. 

 

Wat nu? 

De adviezen van de RvS zijn niet bindend, maar worden wel serieus genomen door de regering. De volgende stap is dat de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de wetsvoorstellen mogelijk aanpast op basis van het advies. Daarna moeten de voorstellen nog door de Tweede en Eerste Kamer worden goedgekeurd. De kans dat beide wetsvoorstellen in hun huidige vorm worden aangenomen, lijkt klein, gezien de stevige kritiek van de RvS en de standpunten van meerdere politieke partijen. 

 

Praktijk 

Voor uitzendorganisaties en bemiddelaars van zzp'ers is het belangrijk om deze ontwikkelingen nauwlettend te volgen. Hoewel de wetsvoorstellen nog niet definitief zijn, kunnen ze in de toekomst invloed hebben op de manier waarop arbeidsrelaties worden vormgegeven en beoordeeld. 



Als je naar aanleiding van bovenstaande informatie vragen hebt, kun je contact opnemen met je contactpersoon bij Florys. Je kunt ook bellen met ons algemene nummer 0184-208208 of een e-mail sturen naar info@florys.nl.  


Meer weten over dit onderwerp? Neem contact op via onderstaande knop

Contact
March 18, 2025
Bevrijdingsdag valt dit jaar op maandag. In meerdere cao’s is Bevrijdingsdag in lustrumjaren aangewezen als een feestdag. In dit artikel informeren we je over de gevolgen daarvan. Officieel erkende feestdag Bevrijdingsdag is een officieel erkende feestdag. Dit betekent echter niet automatisch dat werknemers recht hebben op een vrije dag. Hoewel het kabinet dit heeft voorgesteld, moeten werkgevers uiteindelijk hierover beslissen. In verschillende cao’s zijn er al afspraken gemaakt over het vrijaf geven van werknemers met behoud van loon. Vrijaf en recht op loon Werknemers hebben recht op een vrije dag op Bevrijdingsdag als dit is vastgelegd in de toepasselijke cao of individuele arbeidsovereenkomst. Het recht op loon tijdens deze vrije dag wordt bepaald door de inhoud van de cao of arbeidsovereenkomst. Dit geldt ook voor werknemers die op Bevrijdingsdag toch werken. Geen afspraken Als er in de cao of arbeidsovereenkomst geen afspraken zijn vastgelegd over vrijaf op Bevrijdingsdag, hebben werknemers hier geen recht op. Werknemers die toch vrij willen zijn, kunnen een verlofaanvraag indienen. Deze aanvraag moet worden behandeld volgens de regels voor het opnemen van vakantiedagen. Als je naar aanleiding van bovenstaande informatie vragen hebt, kun je contact opnemen met je contactpersoon bij Florys. Je kunt ook bellen met ons algemene nummer 0184-208208 of een e-mail sturen naar info@florys.nl .
March 18, 2025
Op 21 februari 2025 heeft de Hoge Raad een belangrijke uitspraak gedaan in de Uber-zaak, die grote gevolgen heeft voor de beoordeling van de inzet van zzp'ers. Uit deze uitspraak volgt dat het ondernemerschap van zzp'ers een volwaardig, maar niet doorslaggevend gezichtspunt is bij de beoordeling van hun arbeidsrelatie. De kern van de uitspraak De Hoge Raad heeft in de Deliveroo-uitspraak (2023) al geoordeeld dat er bij het bepalen of sprake is van een arbeidsovereenkomst rekening gehouden moet worden met meerdere gezichtspunten. Eén van die gezichtspunten betreft de wijze waarop de werkende zich in het economisch verkeer gedraagt. Mede op grond van concept wetgeving ontstonden vragen bij de wijze waarop dit gezichtspunt betrokken moet worden bij de beoordeling van arbeidsrelaties. Uit de uitspraak volgt dat er geen vaste rangorde bestaat tussen de verschillende criteria die worden meegewogen. Dit betekent dat ondernemerschap een volwaardige rol speelt, maar niet per definitie doorslaggevend is. Uber-chauffeurs die zich in het economisch verkeer als ondernemer gedragen – bijvoorbeeld door zelfstandig acquisitie te doen, meerdere opdrachtgevers te hebben, of eigen tarieven te bepalen – kunnen als zelfstandigen (zzp'ers) worden beschouwd, zelfs als zij structureel werk verrichten voor een platform zoals Uber. Tegelijkertijd kan een chauffeur die werk doet maar geen ondernemerschap toont, als werknemer worden aangemerkt. Belangrijke criteria Bij de beoordeling van zzp'ers moeten verschillende criteria worden meegewogen, zoals: Eigen investeringen in bedrijfsmiddelen: Heeft de zzp'er geïnvesteerd in eigen bedrijfsmiddelen? Meerdere opdrachtgevers: Werkt de zzp'er voor meerdere opdrachtgevers? Commerciële activiteiten: Voert de zzp'er commerciële activiteiten uit, zoals het hebben van een eigen website of inschrijving bij de Kamer van Koophandel. Handhaving door de Belastingdienst Met ingang van dit jaar handhaaft de Belastingdienst strenger op schijnzelfstandigheid. Dit betekent dat opdrachtgevers alert moeten zijn op de criteria die de Belastingdienst hanteert bij de beoordeling van zzp'ers. Het risico bestaat anders dat de contracten van zzp'ers bij controle alsnog als arbeidsovereenkomst worden aangemerkt, met naheffingen en boetes als gevolg. Praktische stappen voor opdrachtgevers Om te voldoen aan de wet- en regelgeving en risico's te beperken, kunnen opdrachtgevers de volgende stappen ondernemen: Contracten herzien: Neem de contracten van zzp'ers kritisch onder de loep en zorg ervoor dat zij voldoen aan de criteria voor ondernemerschap. Feitelijke praktijk: Zorg ervoor dat de uitvoering in de praktijk strookt met de afspraken in de overeenkomst. Bij de beoordeling van arbeidsverhoudingen is de feitelijke praktijk doorslaggevend. Advies inwinnen: Raadpleeg juridische experts om te zorgen dat de inzet van zzp'ers voldoet aan de nieuwste jurisprudentie en regelgeving. Conclusie De uitspraak van de Hoge Raad in de Uber-zaak benadrukt het belang van een holistische beoordeling van de arbeidsrelatie van zzp'ers. Ondernemerschap is een volwaardig gezichtspunt, maar niet doorslaggevend. Opdrachtgevers moeten alert zijn op de criteria die de Belastingdienst hanteert en, indien van toepassing, hun contracten zorgvuldig herzien om risico's te beperken. Als je naar aanleiding van bovenstaande informatie vragen hebt, kun je contact opnemen met je contactpersoon bij Florys. Je kunt ook bellen met ons algemene nummer 0184-208208 of een e-mail sturen naar info@florys.nl .
Share by: